Zó zag kerstboomversiering er vroeger uit
Het is eindelijk zover, het is kerst! In en om het huis is alles mooi versierd. De kerstboom staat te shinen. Maar waar komt nou eigenlijk die kerstboomtraditie vandaan en welke versieringen werden er gebruikt? Daar ga je nu achter komen.
Oorsprong kerstboom
Oorspronkelijk komt de kerstboom uit Duitsland. Eigenlijk het deel van Europa waar Germaanse talen worden gesproken. Kerstmis draaide vroeger om de midwinterviering op de kortste dag van het jaar. Groene bomen hadden een symbolische betekenis. Ze stonden voor vruchtbaarheid en goddelijkheid. In de winter hield de dennenboom of spar zijn groene kleur en werd daarom gebruikt voor de viering. Wat opviel is dat andere bomen hun bladeren verloren, maar de dennenboom had dit niet. Kerstbomen werden versierd met appeltjes en andere attributen en stonden op het dorpsplein. De kaarsjes en kerstballen kwamen pas later, namelijk tijdens de middeleeuwen in Frankrijk. Bomen werden toen onder andere versierd met kaarsen, klatergoud en gekleurd papier. Halverwege de 19e eeuw gingen ook landen als Nederland gebruik maken van deze versieringen. Kerstbomen werden vanaf toen ook in de woonkamer gezet en niet meer alleen op dorpspleinen.
Traditie
Kerken begonnen in de late middeleeuwen ook gebruik te maken van kerstbomen. In de tijd daarvoor deden ze dit niet, omdat de kerstboom niets met de christelijke kerstviering van de geboorte van Jezus te maken heeft. Toch werd later de dennenboom geaccepteerd. De boom stond als symbool voor licht. In de 19e eeuw werd ook de kerstboom door de wat armere gezinnen omarmd. Eerst was dit niet zo, omdat alleen de rijke protestantse familie zo’n boom hadden. Later werden arme families geholpen en zo raakte kerstboomtraditie ook bekend onder de ‘gewone Nederlanders’.
Kunstkerstboom
In de negentiende eeuw kwam de kunstkerstboom op de markt. Verschillende winkels begonnen met het verkopen van kunstmatige kerstbomen. In de jaren 1920 werd deze kunstkerstboom pas echt populair, dit kwam met name door de economische crisis van de jaren 1930. Elk jaar een nieuwe boom kopen was vrij duur en een kunstboom kun je ieder jaar weer gebruiken.
Versieringen
Gekleurde slingers, kaarsjes of kerstballen. De kerstversieringen zijn door de jaren heen erg veranderd. Vroeger vond je kaarsjes terug in de boom. Van klein tot groot. Alleen waren deze best gevaarlijk, want er hoefde maar iets vuur bij de boom te komen of alles stond in brand. De kaarsjes werden daarom al snel ingeruild voor elektrische kaarsen. Tegenwooridg gebruiken we strengen lampjes op batterijen of stroom. Kerstballen konden natuurlijk ook niet ontbreken in de boom. Toch werden deze niet altijd gebruikt. Men maakte ook veel gebruik van figuurtjes, strikjes en engelenhaar in de boom. En wat dacht je van snoep! Je kon het zo gek maken als je wilde. Last but not least was natuurlijk de piek. Deze zette je als laatst op de boom. Vroeger werd er inplaats van de piek ook een engel of ster gebruikt.
